TIPS VOOR DE GRENSPAALWANDELAAR

Wat is het bijzondere aan grenspaalwandelen? Je moet allereerst je eigen route bepalen en je komt in bijzondere wandelgebieden in allerlei uithoeken van het land.  De grensstreek is vaak verstild en groen.  Tenslotte geeft het speuren naar de grenspalen een extra cachet aan het wandelen.

Kaartmateriaal
Grenspaal in Zuid-LimburgAlle grenspalen staan aangegeven op de topografische kaarten 1:50.000 en 1:25.000, inclusief het volgnummer. In de meeste gevallen heb je genoeg aan 1:50.000. Al die kaarten kopen is nogal prijzig. Ik heb meestal gebruik gemaakt van kopieën uit de provincie-atlassen van de Topografisch Dienst. Deze bevatten 1:25.000 materiaal. De VVV-streekkaarten zijn prima om een overzicht van het gebied te krijgen en te bekijken hoe je er komt.

Palen op privé-terrein
De meeste palen staan langs de weg maar een aantal staan op akkers, in weilanden en op boerenerven. Dat betekent dat je toestemming moet vragen of in ieder geval respectvol moet omgaan met afrastering, gewassen en vee. Soms zijn we bewust in de herfst en winter op stap gegaan om zo gemakkelijk over akkers te kunnen heenstappen.

Hulpmiddelen
Als je grenspalen wilt fotograferen, zijn de volgende zaken handig:
- een snoeischaar om eventuele begroeing weg te knippen, je wilt het nummer er toch goed op krijgen
- een stevige borstel verwijdert zonodig modder en aanslag
- een (geel) krijtje, met name handig voor grenspalen met ingebeitelde nummers die verweerd zijn zoals we die langs de Duitse grens vaak zien. Door het nummer over te trekken krijg je 'm goed op de foto
- een foto-statief, soms staan de grenspalen aardig in het donker en zo krijg je toch goed belichte foto's

Tips voor het wandelen met Eef (door Marc Bauwens)
Marc aan de paalGa altijd met je gezicht staan aan die kant waar de wind vandaan komt. Hoe vaak is het mij niet overkomen dat ik hoopte een grote teug frisse Vlaamse landlucht in te ademen en verstikt werd in Eefs tabaksrook. Al kuchend en proestend moest ik mij dan laten terugvallen, waarop Eef dan triomfantelijk vroeg of ik al moe was. Het is trouwens sowieso moeilijk positie te bepalen ten opzichte van Eef. Regelmatig vliegen de fluimen je om de oren. Een goede trek aan zijn pijp staat garant voor 4 à 5 rochels. Daarnaast houdt hij een stok met scherpe punt in de hand. Naar zijn zeggen om honden op een afstand te houden. Ik twijfel sterk aan de door hem genoemde reden. Buiten het feit om dat er in Zeeuws-Vlaanderen geen kwade honden zijn, lijkt het of de stok sneller op en neer gaat als je bij hem in de buurt komt lopen. Er bestaat dan op zo'n moment ook een gegronde vrees voor perforatie. Meermalen moest ik snel opzij springen om zulks te voorkomen. Opvallend feit is dat het gedeelte rondom de testikels hierbij zijn voorkeur lijkt te hebben. Als je op het eind dus twee keer zo moe bent als hij en hij je triomfantelijk aankijkt van "ik ben dan wel 35 maar ik heb in ieder geval conditie" dan is dat niet gek. Jij als meeloper moet namelijk alerter zijn. Dit levert veel spanning op. Voeg daarbij het feit dat je steeds opzij moet springen, je moet laten terugzakken etc. dan betekent dat gewoon dat je ook daadwerkelijk heel wat meer kilometers hebt afgelegd.